De geschiedenis van Château Belgrave gaat terug tot de 18e eeuw toen Lodewijk XV aan de macht was. Een kleine boerderij die bekend stond onder de naam Darrouilh diende tevens als jachtpaviljoen op het stuk grond dat we vandaag de dag kennen als Château Belgrave. Deze eeuwenoude jachtgeschiedenis wordt nog altijd geëerd middels onder meer de op de fles afgebeelde fret en de tweede wijn van Château Belgrave: Diane de Belgrave, een eerbetoon aan Diana als jagerin, een beroemd schilderij uit circa 1550. Begin 19e eeuw, in 1815, wordt het landgoed in Saint-Julien voor het eerst vermeld in een classificatie van Bordeaux-wijnen onder de naam Coutenceau. In de jaren die daarop volgen wordt veel geïnvesteerd in de ontwikkeling van de wijngaarden en in 1851 wordt onder leiding van Bruno Devès het domein bekend als Bellegrave. Hij bouwt nieuwe verblijven, vatruimtes en investeert in de wijnmakerij, allen op de grond van het voormalig jachtpaviljoen. De investeringen werpen zijn vruchten af als in 1855 het domein met een 5e Cru (Cinquième Grand Cru Classé) appellation wordt beloond. Door de jaren heen worden steeds de nodige investeringen gedaan en sinds 2015 wordt de fret afgebeeld op de fles, een eerbetoon aan het voormalige jachtpaviljoen. Ook heeft Château Belgrave onder het mom van maatschappelijk verantwoord en milieubewust ondernemen allerlei stappen ondernomen. Zij gebruiken geen pesticiden en insecticiden en promoten tegelijkertijd biodiversiteit. Bijna één-derde van het domein is ingericht als toevluchtsoord voor wilde dieren. Diverse rijen met heggen dienen als doorsteekpad voor wilde zwijnen en herten en sinds 2020 staan er vijf bijenkorven op het terrein om de inheemse zwarte bij terug in de regio te introduceren. Ook grazen er lokaal gefokte schapen en pony's op de percelen rondom het domein. Dezelfde zorg die Château Belgrave voor de regio en al haar elementen uitstraalt, richt zij ook op haar wijnen en dit proeft men jaar in, jaar uit aan de uitzonderlijke kwaliteit van deze Cinquième Grand Cru Classé.