Barta Pince Öreg Király Dűlő Mád Hárslevelű 2019 BIO - Tokaj, Hongarije

Deze uitzonderlijk mooie, volle, stevige, aromatische witte wijn wordt gemaakt van uitsluitend Hárslevelű druiven afkomstig van de Öreg Király (King's Hill) wijngaarden uit de directe omgeving van Mád, de hoofdstad van de Tokaj-regio. De Hárslevelű druif is een inheems Hongaars druivenras die alhoewel minder bekend dan de Furmint druif, absoluut niet onderdoet  voor zijn grote broer. Het unieke karakter van de Hárslevelű druif maakt deze wijn een uiterst bijzondere wijn en het is dan ook niet vreemd dat de Hárslevelű aan een opmars bezig is in Hongarije. Deze opmars is voornamelijk te wijten aan het grote deel vrouwelijke wijnmakers in Hongarije en hun voorliefde door deze druif. De wijnen van deze druif zijn over het algemeen soepeler, aromatischer en zachter dan die van zijn grote broer.

De intense, aromatische neus van deze wijn biedt tonen van steenfruit zoals witte perzik en abrikoos, gecomplementeerd door bloemige aroma's, een kruidige ondertoon en een duidelijke aroma's van honing. Door de uitgesproken, bijzonder neus is deze wijn vanaf het eerste moment een waar genot voor de zintuigen. De aromatische neus alsmede de volle, rijpe smaakbeleving zijn deels te wijten aan de bijna 20-jarige leeftijd van de wijnstokken, maar ook de fermentatie en rijping van 4 maanden op eikenhouten vaten zorgen voor het aromatische, geconcentreerde karakter. De smaakbeleving is dan ook zacht en tegelijkertijd uitgesproken met voldoende spanning door de vele waar te nemen smaken en kruidige ondertoon. De sappige afdronk houdt lang aan en doet bijzonder lang nagenieten met voldoende spanning. Deze wijn laat zich uitstekend combineren met gerechten van wit vlees in een romige saus, ganzenlever of een mooi kaasplankje. De ideale serveertemperatuur is ongeveer 12 graden Celsius.

Barta Pince werd opgericht in 2003 door de Barta familie in Mád, de hoofdstad van de Tokaj-regio. Tokaj is wellicht één van de bekendste wijngebieden van Hongarije en de hoofdstad van de regio, Mád, huisvest het merendeel van de wijnmakers uit de regio en zo ook Barta Pince. Alhoewel het wijnhuis tegenwoordig circa 25 hectare aan wijngaarden bezit, zijn zij aanzienlijk kleiner begonnen. Károly Barta richtte uit het niets het familiewijnhuis Barta Pince op toen hij investeerde in Öreg Király (King's Hill) in de directe omgeving van Mád. Öreg Király was op dat moment een oude, verwilderde wijngaard die niet langer in gebruik was. Terwijl niemand geïnteresseerd leek in deze wijngaarden, zag Károly de potentie van de steile, verlaten wijngaarden en richtte hij Barta Pince op. Károly Barta werd daarmee een pionier in het herstellen van oude wijngaarden dat momenteel door de gehele regio gedaan wordt door diverse wijnhuizen. Het zou sinds 2003 nog zes jaar duren tot in 2009 de biologische druiven van Barta Pince tot wijn verwerkt zouden worden in een oud wijnhuis met bijbehorende kelder in één van de hoofdstraten van Mád. Het 17e eeuwse landhuis dat op hetzelfde terrein gevestigd is zou later omgebouwd worden tot gastenverblijf van Barta Pince. De druiven bleken ondertussen uitzonderlijk mooie, verfijnde wijnen op te leveren wat mede te danken is aan de leeftijd van de wijnstokken. Een andere belangrijke factor is het feit dat de wijngaarden zich bevinden op een vulkanische bodem en op aanzienlijke hoogte. Uit eerdere geschriften blijkt vervolgens dat op het bewuste perceel al sinds de 17e eeuw wijn wordt verbouwd. Doordat de wijngaarden de afgelopen decennia onaangeroerd zijn, is de bodem niet vervuilt en Barta Pince heeft dan ook besloten haar wijnen op biologische wijze te produceren zonder het gebruik van pesticiden en insecticiden. Alhoewel Karóly Barta nog altijd de eigenaar van het wijnhuis is wordt hij tegenwoordig ondersteund door wijnmaakster Vivien Újvári. Vivien heeft een diploma in oenologie en ervaring opgedaan in Napa Valley (Californië, USA), Claire Family Estate (Nieuw-Zeeland) en in Australië voordat zij terugkeerde naar de Tokaj-regio. Vivien ondersteunt de werkwijze van Karóly om de druiven waar mogelijk ongemoeid te laten groeien en zo puurheid en het karakter van de uitzonderlijke bodem in de wijnen terug te laten komen.